het klopt afsluiting

Verder gaan, verder gaan, niet rusteloos, bij ons zelf blijvend, toeziend op de veranderingen in ons zelf, hunkerend naar bevestiging van hetgeen we zoeken, dat levend is, stralend en vol kracht. Het is voorgesteld alsof we thuis zullen komen, alsof eindelijk een deur voor ons geopend zal worden. Want de weg er naar toe is innerlijk en ofschoon geheel in tegenstelling met een te ondernemen reis, vorderen wij naarmate we meer bij ons zelf blijven, d.i. in ons zelf leren waarnemen op welke kentekenen we moeten letten. In de mysterieën moet men het woord kennen, dat ons over de drempel voert en tenslotte moeten we weten hoe wij moeten kloppen. Want ongeduldig bonzen helpt niet. Het is alsof we een instelling behoeven die ons het geduld moet schenken van het zoeken naar een naam of een getal als bij een letterslot.

Het is een feeling, een uitwisseling aan weerskanten, alsof de druk, de golflengte, de toonhoogte even sterk, even subtiel, even hoog moet zijn. Zonder enige moeite zal dan de deur opengaan van het rijk der vreugde en der liefde en het wondere geluk. Het is alsof wij zelf een weinig van die vreugde, van dat geluk, van die liefde in ons kloppen leggen en dan zal het vanzelf geschieden.
Er is hier geen sprake van voorkeur of oordeel, al is het in menig mysterie zo voorgesteld. De Egyptische inwijding, de klassieke, komt er nog het dichtste bij, omdat hier sprake is van het wegen van het hart. Hoewel het als een mechanisch wegen wordt voorgesteld, is het opengaan in werkelijkheid op geheel natuurlijke en rechtvaardige wijze, afhankelijk van onze manier van kloppen. En het is niet voor niets dat hij die toegelaten wil worden dezelfde kwaliteit moet leren opbrengen aan menselijkheid als waarmede hij verwacht en welkom geheten wordt. Het zou niet anders kunnen.

Aldus wordt het zoeken en het kloppen teruggebracht tot een volkomen, ware en rechtvaardige handeling, zonder bijmenging van drift, ongeduld, begeerte, machtsinstelling of hartstocht. Wanneer hij dan de lang verbeide Isis ongesluierd aanschouwt, blijkt het dat de eigen ziel ontsluierd is geworden en dat de mens van aangezicht tot aangezicht komt te staan met zijn oorspronkelijk gelaat, het aangezicht van vóór de schepping, waarin hij versmelt tot een onafscheidelijke eenheid, die niet meer gedeeld worden kan.
Natuurlijk is dit geheim niet mede te delen en deze heiligheid niet op de mesthoop te werpen. Zij maakt deel uit van het omnipotente, het 'Um-mich-herum', het alomtegenwoordige, dat niet uit te spreken is en waarvan iedere aanduiding slechts gestamel is. Wat is hier te ontheiligen? Wat verborgen is in het diepste van uw eigen hart, waar niemand bij kan komen dan alleen hij of zij die deze allerinnigste fijnheid en subtiliteit van de goddelijke waarheid zelf in zich werkzaam weet. Dat is zijn eeuwig geboorteland.


Barend van der Meer

De uitgesproken woorden:

http://www.megaupload.com/?d=H858M3HS

Reacties

Populaire posts van deze blog

de golf en de oceaan

NIETS ZIJN

KARMA NEMESIS