de woestijn 1
Jezus zeide: Waarom zijt ge uitgegaan naar de woestijn? Om een riet te zien, dat bewogen wordt door de wind? En om een man te zien, gekleed in fijne kleren? Ziet, uw koningen en uw groten zijn het die fijne kleren dragen en zij zullen niet in staat zijn de waarheid te kennen.
Het is niet mogelijk voor de show naar de woestijn te trekken. Dan moet men immers in de grote stad zijn om er zijn hart op te halen aan de allernieuwste modesnufjes, de minirokjes en de striptease-girls in de 'fijne kleren'. Eigenlijk klinkt het allernaïefst. Vooral ook de tegenstelling met de groten der aarde en de koningen. Maar we zijn sindsdien tot de ontdekking gekomen dat de groten der aarde en de koningen ook hun zorgen hebben en de woestijnachtigheid van het leven op hun manier moeten erkennen. En er zijn nog arme drommels genoeg waarvan ik niet veronderstellen kan dat ze nu juist zitten te watertanden naar pronkgraven en blote benen, naar met goud en edelstenen bestikte marionetten en de bankbusinesskastelen en belasting- en verzekeringspaleizen.
O nee, zelfs in de grote Babylonische steden, waar volgens zekere opvattingen niets anders dan een minder slag mensen wonen, ontdekt men woestijnen waar men eenzamer en verlatener is dan ooit en de fijne kleren niet meer boeien, noch de mooie etalagepoppen.
Maar we weten heel goed waarom Jezus het zegt. Want in de woestijn wordt de god geboren. In de verlatenheid en de vereenzaming, in de leegte en de innerlijke armoede, in de ontreddering door het stormende woestijnzand en midden in de naaktheid en de ongelooflijk moederzielige al-eenheid. Het is niet te begrijpen, het is nooit te begrijpen, het wonder der woestijn, de geboorte uit het niets dat de mens is, de al al-volheid en majesteit uit barbaarsheid en grenzeloze nietsheid.
Echt niet, we gaan niet naar de woestijn om er een riet te zien met een mooi vers erbij. Maar een mens wordt ertoe gedreven, hij wordt er binnenin gedreven, zo geleidelijk ontdaan en ontkleed temidden van het drukke leven dat opgevuld is met allerlei belangen en angsten. En hij krijt en schreeuwt en protesteert en huilt en sterft en is opstandig in en temidden van zijn ziekten en narigheden en ontdekt zich tenslotte in de woestijn van het leven dat de dood is en waaruit het grote geheim zich openbaart van het onbeschrijflijk schone, het milde, het zegenende en het zich onmetelijk schenkende.
Natuurlijk zijn er mensen, die zeggen dat het een fata morgana is. Dat uit het niets een luchtspiegeling tevoorschijn treedt, met de oase en al wat erbij behoort om zich te laven. En zij wijzen op de teleurstellingen en de door de zon verbleekte gebeenten, omdat dat alles is wat overbleef van de zoekende en smachtende mens.
Barend van der Meer
De uitgesproken woorden:
http://www.megaupload.com/?d=XRCP99DO
Het is niet mogelijk voor de show naar de woestijn te trekken. Dan moet men immers in de grote stad zijn om er zijn hart op te halen aan de allernieuwste modesnufjes, de minirokjes en de striptease-girls in de 'fijne kleren'. Eigenlijk klinkt het allernaïefst. Vooral ook de tegenstelling met de groten der aarde en de koningen. Maar we zijn sindsdien tot de ontdekking gekomen dat de groten der aarde en de koningen ook hun zorgen hebben en de woestijnachtigheid van het leven op hun manier moeten erkennen. En er zijn nog arme drommels genoeg waarvan ik niet veronderstellen kan dat ze nu juist zitten te watertanden naar pronkgraven en blote benen, naar met goud en edelstenen bestikte marionetten en de bankbusinesskastelen en belasting- en verzekeringspaleizen.
O nee, zelfs in de grote Babylonische steden, waar volgens zekere opvattingen niets anders dan een minder slag mensen wonen, ontdekt men woestijnen waar men eenzamer en verlatener is dan ooit en de fijne kleren niet meer boeien, noch de mooie etalagepoppen.
Maar we weten heel goed waarom Jezus het zegt. Want in de woestijn wordt de god geboren. In de verlatenheid en de vereenzaming, in de leegte en de innerlijke armoede, in de ontreddering door het stormende woestijnzand en midden in de naaktheid en de ongelooflijk moederzielige al-eenheid. Het is niet te begrijpen, het is nooit te begrijpen, het wonder der woestijn, de geboorte uit het niets dat de mens is, de al al-volheid en majesteit uit barbaarsheid en grenzeloze nietsheid.
Echt niet, we gaan niet naar de woestijn om er een riet te zien met een mooi vers erbij. Maar een mens wordt ertoe gedreven, hij wordt er binnenin gedreven, zo geleidelijk ontdaan en ontkleed temidden van het drukke leven dat opgevuld is met allerlei belangen en angsten. En hij krijt en schreeuwt en protesteert en huilt en sterft en is opstandig in en temidden van zijn ziekten en narigheden en ontdekt zich tenslotte in de woestijn van het leven dat de dood is en waaruit het grote geheim zich openbaart van het onbeschrijflijk schone, het milde, het zegenende en het zich onmetelijk schenkende.
Natuurlijk zijn er mensen, die zeggen dat het een fata morgana is. Dat uit het niets een luchtspiegeling tevoorschijn treedt, met de oase en al wat erbij behoort om zich te laven. En zij wijzen op de teleurstellingen en de door de zon verbleekte gebeenten, omdat dat alles is wat overbleef van de zoekende en smachtende mens.
Barend van der Meer
De uitgesproken woorden:
http://www.megaupload.com/?d=XRCP99DO
Reacties