14-7-42 bespiegeling over dood en leven
Ieder moet nu eenmaal volgens de stijl leven die hem past. Actief optreden om mezelf quasi te redden kan ik niet, het doet me zo zinloos aan en maakt me onrustig en ongelukkig. Die sollicitatiebrief naar de Joodse raad op Jaaps dringend aanraden heeft me even uit m'n blijmoedige en toch ook weer doodernstige evenwicht van vandaag gebracht. Net of dat een soort onwaardige handeling is. Dat zich verdringen om dat ene stukje drijfhout op die eindeloze oceaan na de schipbreuk. En dan redden wat er te redden valt en elkaar wegduwen en de verdrinkingsdood injagen, zo onwaardig alles en van dat gedrang houd ik ook niet. Ik zal wel tot de mensen horen die liever nog een beetje op hun rug over die oceaan blijven drijven met hun ogen naar de hemel gekeerd en die dan met een berustend en devoot gebaar verzinken. Ik kan nu eenmaal niet anders. Mijn gevechten worden nu eenmaal gestreden op innerlijk terrein met mijn eigen demonen, vechten temidden van duizenden angstige mensen tegen wild gewo...