24-10-73 stilte en ervaring
Ergens in de vallei waren de zwakke lichten van een dorpje zichtbaar; het was donker en het pad was steenachtig en oneffen. De golvende lijnen van de heuvels tegen de sterrenhemel waren gehuld in diepe duisternis en ergens in de buurt huilde een prairiewolf. Alleen zijn in deze eenzaamheid was het horen van de stem van intense stilte en haar grote schoonheid. Het was nu behoorlijk donker en de wereld in die vallei verzonk in diepe stilte. De nachtelijke lucht had speciale geuren, een mengeling van alle struiken die groeien op de droge heuvels, de sterke geur van struiken die vertrouwd zijn met de hete zon. Het had vele maanden niet geregend; er zou lange tijd geen regen vallen en het pad was droog, stoffig en oneffen. De grote stilte met zijn oneindige ruimte omsloot de nacht en elke beweging van het denken hield op. De geest zelf was die onmetelijke ruimte en binnen deze diepe stilte was er niets dat door denken was gecreeerd. Volslagen niets zijn is onmetelijk zijn. ...