verstild
Enorme wolken leken als torenhoge witte golven door een hemel te drijven die verder helder en blauw was. Honderden meters lager dan de plek waar wij stonden kromde zich de blauwe baai; heel in de verte lag het vasteland. Het was een milde avond, even ontspannen als kalm; aan de horizon tekende rook van een stoomschip zich af. Tot aan de voet van de berg reikten de sinaasappelboomgaarden; de lucht was vervuld van hun geur. Zoals altijd ging in de vroege schemering geleidelijk aan het blauw overheersen; de hele atmosfeer werd blauw en de witte huisjes werden wazig in die zachte tint. Het was of het blauw van de zee vloeiend het land ging overdekken; zelfs de bergen daarbovenuit waren nu van een doorschijnend blauw. Het was een betoverend tafereel, beheerst door alomvattende stilte. Al klonken er wat avondgeluiden, die maakten als het ware deel uit van de stilte, evenzeer als wij. Die stilte maakte alles nieuw, ze spoelde eeuwen van ellende en verdriet weg uit het hart van ...