onderweg
De weg slingerde zich bochtig door de heuvels, de ene eindeloze kilometer na de andere. Brandend lagen de stralen van de middagzon over de gouden heuvels en de verspreid staande bomen getuigden met hun diepe schaduwen van hun eenzame bestaan. Kilometers in de omtrek was geen spoor van een woning te zien. Naar het noorden toe was de hemel diepblauw, naar het westen toe verblindend licht. Het land was hier, hoe onvruchtbaar en eenzaam het er ook bij lag, merkwaardig levend van sfeer en ver van alle menselijke vreugde en pijn. Vogels waren er niet en evenmin zag je er wilde dieren, op de enkele veldeekhoorns na die dwars over de weg renden. Water was nergens te zien, behalve op een of twee plekken waar vee aanwezig was. In de regenperiode zouden de heuvels groen, mals en aantrekkelijk worden, maar nu waren ze stug en streng, met de schoonheid van alles vullende stilte. De blauwe hemel en de golvende gouden heuvels waren tastbaar in hun uitgestrektheid en blijvendheid, maar maakten t...