14-9-73 stilte
Laatst, terugkomend van een flinke wandeling langs velden en bossen, liepen we door het bos in de buurt van het grote witte huis. Het bos binnengaand, via de overstap, kreeg ik dadelijk een sterk gevoel van vrede en stilte. Er was niets dat bewoog. Het leek heiligschennis er te lopen, de grond te betreden; het was profaan te praten, zelfs om adem te halen. De grote roodhoutbomen waren volkomen stil; de Amerikaanse Indianen noemen ze de stillen en ze waren ook werkelijk stil. Zelfs de hond joeg niet achter de hazen aan. Je stond stil, had nauwelijks de moed om adem te halen; je voelde je een indringer, want je had gebabbeld en gelachen en het betreden van dit bos zonder te weten wat je zou aantreffen, was een verrassing en een schok, een schok van een onverwachte zegening. Het hart sloeg minder snel, sprakeloos van het wonderbaarlijke ervan. Het was middelpunt van deze hele plek. Steeds als je het nu binnengaat is er die schoonheid die stilte, die vreemde stilte. Kom wanneer je wilt e...