Posts

Posts uit oktober 27, 2013 tonen

puzzelen deel 1

Afbeelding
Is het leven niet een voortdurend puzzelen? Steeds op zoek naar het juiste stukje. Dat wat voor ons past, bij ons past. Dat wat klikt, verbindt, aanvult. En zo zijn we met z'n allen aan het puzzelen. Iedereen werkt weer aan een andere puzzel. Er is een heel grote puzzel, waar vele, vele, mensen aan mee werken. Waarvan verwacht wordt dat ze hier hun stukje aan bijdragen, en vaak ook graag hieraan hun bijdrage leveren. Hier kun je makkelijk ingepast worden zolang je jezelf deelgenoot voelt van deze puzzel. Dat je voelt dat je hierin past. Dan klikt het, verbindt het, vindt je hier je thuis. Er is rust in jou, want je past. Je draagt jouw steentje bij, past jouw stukje in het geheel. Maar soms wil je niet meer passen. Jouw stukje begint te wringen, het klikt niet meer. En je gaat op zoek naar waar het wel weer klikt, wel verbindt. Waar het wel past. Je vindt weer nieuwe mensen, nieuwe situaties. En vol enthousiasme werk je weer door/mee aan deze pu

eigenwilligheid

Afbeelding
Zo vaak willen we het zelf doen, de boel onder controle houden. In deze eigenwilligheid geven we geen mogelijkheid aan dat wat uiteindelijk boven onze verwachting de vervulling zou zijn en de oplossing voor alles. Daardoor zijn we verkrampt, houden we vast aan zoveel. Durven we ons niet te laten zien. Moeten we groot en sterk zijn, vechten om te overleven. Dan kan de ander, mag de ander niet gewoon zijn maar wordt ingepast in hokjes. Etiketten erop geplakt waar men zich niet aan kan ontworstelen, wat men ook doet. Jammer he. En met z'n allen houden we dit in stand. Bevestigen elkaar in deze illusies. Vechten vanuit deze illusies en beelden. We maken afscheidingen, clubjes, dat zijn de goeie, en dat zijn de kwaaie. We voelen ons beter, voelen ons zo veilig in het oordeel, de bevooroordeling van en over elkaar. En het Leven, de Essentie, laat ons doen, laat ons, ons spel spelen. Totdat we er geen zin meer in hebben, of t leven ons zo vaak om de oren geslagen heeft

het Centrum verloren

Afbeelding
De mens is een organische eenheid. Je begon ooit, net als een boom, als zaadje in de voedingsbodem van je moeders baarmoeder. Daar vormde zich je lichamelijk omhulsel. Eerst was er een centrum; het centrum ging aan het omhulsel vooraf. Maar nu ben je het centrum volslagen vergeten. Je leeft aan de buitenkant en denkt dat dit alles is. Het voortdurend vanuit die buitenkant leven doet een soort zelf, een pseudo-zelf ontstaan, wat je het gevoel geeft dat je inderdaad iemand bent. Maar dat zelf verkeert altijd in angst, aangezien het geen organische eenheid in zich draagt. Vandaar de angst voor de dood. Als jij je ware zelf kent, zul je nooit bang zijn voor de dood, geen sprake van. Een organische eenheid sterft namelijk nooit. Organische eenheid is onsterfelijk. Alleen in elkaar gezette, mechanische eenheden zijn eindig. Dat wat in elkaar gezet is, zal op een dag uiteenvallen. Mechanische eenheid heeft een begin en een eind. Organische eenheid kent geen begin of eind - zij is een eeuwigdu

zelfbewustzijn/Bewustzijn

Zelfbewustzijn is een ziekte. Bewustzijn is gezondheid. Zelfbewustzijn is iets ziekelijks - er is iets fout gegaan. Er is een knoop ontstaan, een complex. De rivier van bewustzijn kan niet vrijelijk stromen - er is iets vreemds in de rivier van bewustzijn terechtgekomen. Iets afwijkends, iets dat niet door de rivier kan worden opgenomen, iets dat geen deel kan worden van de rivier. Iets dat zich verzet te worden opgenomen in de rivier. Zelfbewustzijn is ziekelijk. Zelfbewustzijn duidt op een starre, geblokkeerde toestand. Het is als een modderpoel die nergens naartoe stroomt, steeds verder uitdroogt, verdampt en wegrot. En hij stinkt natuurlijk. Het eerste dat dus moet worden begrepen is het verschil tussen zelfbewustzijn en bewustzijn. Bewustzijn heeft geen enkel idee van een 'ik' of ego. Het heeft geen idee van iemands afgescheidenheid van het bestaan. Het kent geen enkele barrière, het is grenzeloos. Het is één met het bestaan, het valt er geheel en al mee samen. Er is gee

De Ja-stroom

Afbeelding
Je kunt ja zeggen tegen een nee, volledig. Dan is t de Ja-stroom. Dan ga je er helemaal voor. Geen ja-maars, geen weerstanden. Een volledig jezelf hierin geven, aan overgeven. Misschien zeg je wel nee, maar de ander voelt ja, of je hart zegt ja, de Stroom zegt ja, dan vecht je tegen de Stroom. Dan raak je verkrampt, gespleten, of als je maar lang genoeg volhoudt heb je er helemaal geen voeling meer mee en sterft er een deel van je af. De Ja-stroom betekent ja-zeggen tegen het leven. Dit betekent ook ja zeggen, toelaten, doorvoelen, waar je nee zegt en van waaruit je nee zegt, Daar weer helemaal ja tegen zeggen. Dat je hier inzicht en begrip in wil krijgen, want iets onderdrukken is ook niet de Ja-stroom maar is de nee-stroom. En andersom natuurlijk, dat je ja zegt maar je innerlijk eigenlijk nee zegt. Dan is t een vals ja, gaat t tegen de Ja-stroom in. Dan wordt t schijnspel, weer gespletenheid, verliezen van je ware Kracht. Niet volledig meer kunnen gaan voor wat je d

genieten

Afbeelding
Vraag aan een kind dat danst en springt en in het rond rent: 'Waar ga je heen?' Het gaat nergens heen - het vindt het maar een rare vraag. Kinderen vinden volwassenen altijd maar raar. Wat een stomme vraag: 'Waar ga je heen?' Moet je dan ergens naartoe? Een kind kan je vraag gewoon niet beantwoorden omdat die irrelevant is. Het gaat nergens heen. Het haalt gewoon zijn schouders op en zegt: 'Nergens.' Het doelgerichte denken vraagt: 'Waarom ren je zomaar in het rond?' - omdat voor ons een activiteit alleen maar relevant is als zij ergens toe leidt. Ik zeg je dat je nergens heen hoeft. Alles is hier . Het hele bestaan spitst zich toe in dit moment, het komt samen in dit moment. Het hele bestaan stroomt al dit moment binnen. Het hele bestaan stroomt dit moment binnen - het is hier, nu. Een kind geniet gewoon van zijn energie. Het heeft er zoveel van! Het rent niet omdat het ergens heen moet, maar omdat het over heeft; het moet rennen. Handel zonder motief,

de rijke jongeling 2

Afbeelding
Ja, de rijke jongeling. Zijn we niet allemaal rijke jongelingen? Onze ideeën die we opgebouwd hebben, onze idealen. Onze beelden over de werkelijkheid, de zin van het leven. De waarden en normen van waaruit we leven, onze visie. Maar kunnen we dit ook weer overgeven wanneer het Leven dit vraagt. Kunnen we het weer loslaten als t anders blijkt te zijn. Als ons huidige beeld, wereldbeeld weer ineen stort, zou willen storten, kunnen we dit dan toelaten? Blijft er dan nog iets van ons over, worden we onder het oude beeld vermorzeld, of kunnen we het dan werkelijk overgeven, loslaten, en vertrouwen blijven hebben op en in het Leven. die diepe Levensbron die altijd door blijft stromen, en hoemeer wij onthecht zijn van het totale leven, hoemeer wij waarlijk mee kunnen stromen in dat wat het moment vraagt. Kunnen wij werkelijk alles geven wat we hebben, en uiteindelijk zelfs ons leven overgeven. Als we gehecht zijn aan het leven dit voort willen zetten ten koste va