Posts

Posts uit januari 31, 2010 tonen

familie 2

Maar het licht dat met de mens in de wereld komt voorziet hem wel van spraak en bewustzijn maar is in de regel niet sterk genoeg de duisternis te overwinnen. In de bewustwording werkt het licht van de geest, maar het bewustzijn is nog niet zo vrij dat het licht kan schijnen als op een kandelaar. In de mensheid is van oudsher een heroïsche strijd gestreden tegen de overheersing van machtslustige ouders over hun kinderen. Deze strijd culmineerde in vele mythen in de vader- en moedermoord. De zin ervan was: het verslaan van de bindende macht die voortkwam uit het ouderlijk gezag, een gezag dat in vele gevallen ook geprojecteerd werd op de vader en moedergoden. Hieraan is ook verwant de overwinning der mysterieuze moeders in de macht van het matriarchaat. De held immers zoekt geen veiligheid maar overwinning en het geloof in zijn goddelijke taak stelde hem daartoe in staat. Natuurlijk is het een verborgen negatieve en duistere zijde in de verhouding van kind tot ouders en het past in d

familie 1

Jezus zeide: Wie niet zal haten zijn vader en zijn moeder, zal niet discipel voor mij kunnen zijn; en wie niet zal haten zijn broers en zijn zusters en niet zijn kruis opneemt als ik, zal mijns niet waardig zijn. Het is wel van een opvallende tegenstrijdigheid. In de tien geboden heet het: 'Eer uw vader en uw moeder opdat uw dagen verlengd worden in het land dat de Heer u geven zal'. En hier is sprake van het haten van zijn hele familie. Toch kan het niet waar zijn dat Jezus in deze verhouding de haat gepredikt zou hebben. En het is ook niet zo, hoewel het er staat. Etymologisch heeft haat ongetwijfeld de betekenis van vervolgen, wrok, tot toorn prikkelen en verontwaardiging en tenslotte van smart, toorn en leed. Maar zijn ouders eren sluit niet uit dat er banden overwonnen en losgemaakt moeten worden wanneer er sprake zal zijn van groei, ontwikkeling en toename van bewustzijn. Deze losmaking der banden van het ouderwordende kind is in de geschiedenis der mensheid een bela

wat je ziet....

Draait het bij contact maken niet uiteindelijk om beelden? Beelden over jezelf, over de ander? Maar maak je daardoor wel werkelijk contact? Als ik naar mezelf kijk in een ver verleden jeetje wat was ik n onzeker jongetje. Voelde me zooooo onzeker. Maar dit kwam dus doordat ik een heeeeeeeeeeeel laag zelfbeeld had. Mezelf het kleinste, het minste van het minste voelend en daardoor torende iedereen boven me uit. Iedereen wist t beter, kon t beter, was mooier noem t maar op. Geen bescherming dus in uiterlijk, geld, of bv mijn religie is beter, of hoe ik t zie is beter. Nee gewoon niks waar ik eigenlijk waarde aan kon ontlenen. Was zelfs doodonzeker een brood bij de bakker te vragen, of een patatje bij de friettent, liet ook iedereen voorgaan. Ja tijden veranderen. Maar uiteindelijk waren dit ook beelden. Al had ik dan een heel laag zelfbeeld, het waren beelden die ik had. Ik keek heel gekleurd de wereld in. Het was niet de realiteit. Maar hoe is dit dan verandert? Waarom kan ik

arm zijn afsluiting

Het stelt een ieder mens, die de doods- en leedzone in zich heeft doorbroken, in staat te zien en te horen op een geheel nieuwe wijze en tot een onderscheiding te komen die hij zich nooit had kunnen dromen. Het leven dat Jezus zalig prijst is het enige, het werkelijke leven. Natuurlijk is het 'gewone' dagelijkse leven ook wel werkelijk met al zijn beslommeringen en drukte, maar het is van een voorbijgaande werkelijkheid en in die zin minder waar. De ware werkelijkheid gaat niet voorbij. In het vergankelijke leven verbergt zich de dood, ook in ons lichaam verbergt hij zich. En het maakt inderdaad de indruk dat de dood alles regeert, alsof we bij alles wat we doen met hem rekening moeten houden, ja onbewust tiranniseert hij ons en hij vergezelt de mensen als een schrikaanjagende schaduw. Maar het koninklijke leven en de liefde tot dat leven is sterker dan de dood. Daarom is het van zo groot belang hem in ons zelf tegemoet te treden tot in de diepste schuilhoek van ons hart en he

arm zijn 3

Dat innerlijke leven kent geen bezit aan aardse goederen ook al liggen die onmetelijk rondom opgestapeld. Het kan zich daarover niet verheugen. Het is eigenlijk eenzijdig indien in verband hiermede alleen maar over armoede gesproken zou worden. Want wat is er rijker en onuitputtelijker dan de werkzaamheid van de geest in het innerlijk leven. Er is immers geen grotere rijkdom en betekent rijk zijn niet die toestand van weinig of in het geheel niets nodig te hebben? In het dagelijks leven hebben we altijd heel veel nodig, rusteloos en zeer ingewikkeld in allerlei verhoudingen. Indien we daardoor opgeslorpt worden, leven we in een maalstroom die dreigend en zeer suggestief is zodat het, indien we erin verloren geraken, heel moeilijk is zich uit de hypnose ervan te bevrijden. Tot het ene ogenblik van inzicht aanbreekt en we inzien en beleven dat zulk leven geen werkelijke bevrediging schenkt. Dwz vele mensen zijn tevreden (zeggen ze) als ze op regelmatige tijden hun voedsel en hun bed nutt

arm zijn 2

Het vreemde gevoelen, het ongewone waarvoor sommige mensen zich bang maken zoals voor het onbekende. Toch zijn er van die ogenblikken waarin iemand zich zelf vreemd voorkomt en het gevoel van onzekerheid moeilijk kan aanvaarden zodat hij maar weer gauw in de vertrouwde dingen vlucht, in de sleur van de dag of de vertrouwde omgeving. Maar iemand die heeft moeten hongeren en dorsten zal het niet onbekend zijn. Niet hongeren en dorsten naar zijn lichamelijke behoeften, ofschoon die wel ontzaglijk hoog worden aangeslagen, maar het hunkeren naar innerlijkheid, naar liefde, kracht, gezondheid en genezing zoals die van binnen uit de mens tot hem komen kan. De armoede die bedoeld is leidt in tot een innerlijke nood en wie zal daar nu verlangend naar wezen. Zodra we ons tot het innerlijke leven begeven gaat het vertrouwde uiterlijke leven ons schijnbaar ontvallen, en we leren de angst kennen van het moeten derven. Deze angst brengt bepaalde schrikbeelden met zich mede en ofschoon deze schri

arm zijn 1

Jezus zeide: Zalig zijn de armen want hunner is het Koninkrijk der hemelen. Bijna alle woorden die Jezus spreekt zijn gericht tot de innerlijke mens. Vele mensen houden niet van de innerlijke mens. Zij kunnen zijn armoede niet verdragen. De innerlijke mens is onthecht. Kenmerk van het onthecht zijn is armoede. De onthechte mens bezit niets. Wie zijn zijn broeders? Wie is zijn vader en zijn moeder? Wie zijn zusters? Natuurlijk houdt hij van allen en van zijn vrienden. Maar hij leeft in een liefde die vrij is van gebondenheden. De innerlijke mens woont in het Koninkrijk. Er heerst geen tweedracht, geen verdeeldheid, geen leed. Het is een zonnig land van vreugde en het lachen. Met dit laatste is niet iets oppervlakkigs bedoeld en in het geheel niet iets egocentrisch. Het is het lachen van het doorbrekend licht. Het is het lachen zoals dit in een klein kind kan uitbreken als een weldaad voor degeen die het herkent. De vreugde van het innerlijke leven vol onuitsprekelijke vertroosting e

vrijmaken van de Essentie

Afbeelding
Het is maar wat je wil. Wil je, je leven uitleven levend vanuit je ik, of is echt je diepste intentie om je Essentie vrij te maken en van daaruit werkelijk Vrij te worden? Als het je diepste intentie is om je Essentie vrij te maken dan heeft dit gevolgen. Gevolgen die pijnlijk kunnen zijn voor het ik, confronterend. Dat iets zichtbaar wordt wat je liever niet wil zien. Waar je het liefste aan voorbij gaat, de lieve vrede behouden, ieder zijn eigen rol, gewoonten, patronen. En zo sijpelen de jaren door je handen weg. Maar vindt er dan nog werkelijk innerlijke verandering plaats. Raak je dan niet meer en meer uitgeblust naarmate de jaren vorderen, en er eigenlijk minder en minder geneugten zijn om werkelijk van te genieten? Zien waar je eventueel jezelf vastgezet hebt in al die gewoonten met elkaar. Geleefd wordt door de dagelijkse beslommeringen. Geleefd wordt door alle ritueeltjes, gewoonten. Ontwijken van werkelijke communicatie en uitwisseling. Ver weg stoppen de Stem van je Ess

besneden worden afsluiting

Jezus wijst de bloedstortende besnijdenis af. Hij spreekt over de besnijdenis in de geest. Dit kan niet anders betekenen dan dat er zich in ons binnenste een gebeurtenis voltrekken kan waar de scheiding plaats heeft tussen het vergankelijke en het onvergankelijke leven, zoals in zekere zin de besnijdenis wordt verzinnebeeld. Het is al een heel oude maatregel die reeds bij de oude Egyptenaren werd toegepast. Misschien uit een oogpunt van hygiëne, misschien om er de idee van het bloedoffer mee te verbinden, een magische idee. De innerlijke besnijdenis zou dan een gebeurtenis aanduiden, die elders in de brieven Romeinen door Paulus de besnijdenis des harten wordt genoemd, naar de Geest en niet naar de letter. Want de besnijdenis bewerkt een afscheiding tussen het onreine en rein te houden deel, het vergankelijke leven als het onreine omdat er de dood in heerst en het onvergankelijke als het reine, het onaantastbare leven van de geest, waardoor de mens het rijk leert kennen dat Jezus no

besneden worden 2

Een mens moet in zekere zin de verachting hebben leren kennen voor die onbarmhartige hang tot het dagelijkse leven waaraan hij zich zo gehecht heeft dat het alles voor hem betekent. Zo bang is hij voor het eeuwige leven dat hij niet op staande voet het tijdelijke met het eeuwige wil verwisselen. Hij zegt dat het eeuwige leven helemaal niet bestaat, dat het enige wat we hebben is dit aardse leven met alles wat eraan vast zit en het na een zeker aantal jaren als een zeepbel uiteenspat. De mensen die zo denken en zo door angst voor het vergankelijke leven worden beheerst (dat het hun ontnomen worden kan) vallen allen ten prooi aan de lagere leiders van de grond die de kunst verstaan er de wind onder te houden door hun dreigementen en hun dwingelandij. In ons moet de strijd worden gestreden tussen de vergankelijke elementen van het leven en de onvergankelijke. Dwz daarvoor moeten we eerst tot een werkelijke onderscheiding komen van wat vergankelijk en wat onvergankelijk is. Deze scheidi