de woestijn afsluiting

Maar werkelijk, het is niet de bedoeling naar de Gobi te gaan of de Sahara. Het is allemaal in ons zelf met de vergezichten en al. En de belevenis van de goddelijke verrijzenis, het feest der blijde ontmoeting, de opstand der eeuwige glorie.
Waarom naar de woestijn gaan? Om een grammofoonplaat te horen met verhevelingen van mooie woorden? Om ons te bedwelmen aan de roes der versluieringen, aan de narcotica der ijdele verrukkingen? Welnee, in de woestijn verwaaien al die dingen en juist daarom kiezen wij haar, willen we haar, opdat de nuchterheid van het ongezegde, het woord dat alleen zichzelf spreekt, het zijn dat als een eeuwige tegenwoordigheid aan zichzelf ontrolt, gekend wordt, nadat het leven als verloren en vergaan beleefd is.

En in de grote stad stormen de auto's op ons toe en laten ons niet met vree en kennen we de draaikolken der gulzige levensgenieters die de massa's tot zich willen zuigen. Dat zijn de fata morgana's der woestijnen, de droomtaferelen en de gigantische betoveringen die allerwegen ons aan willen grijpen in wat men de wonderen der techniek noemt en waarvan we steeds meer de ontwikkeling en de vernietiging beleven zullen.
Kom, laten we de stilte en grootheid der woestijn binnentrekken en weten en beleven dat daar de levende God geboren wordt.

Trouwens, de moderne mens lijkt wel tot de woestijn gedoemd. In het boek 'Crisis en vernieuwing' van Erich Neumann spreekt de schrijver over de moed der wanhoop, waarmede de mens van deze tijd genoodzaakt is een zinledige wereld toe te geven, waarin zijn eigen van-God-verlaten-zijn, hem ook de wereld als van God verlaten doet ervaren. Zijn bewustzijn werd tot nog toe met het verstand geïdentificeerd, waardoor het 'ik' geheel ontworteld dreigt te worden. Daardoor wordt de persoonlijkheid gespleten en ontredderd en is haar geen andere weg gebleven dan de terugkeer tot het goddelijke zelf.
De maatstaven van het begrijpen vervallen met de ontdekking van een geheel nieuw wereldbeeld, waarin de afstanden van miljoenen nevelvlekken, die ieder wederom miljarden sterren bevatten, alle bewustzijn van het verstand te boven gaan. Ook in het oneindig kleine heeft men de beschikking over de maatstaven van een miljoenste seconde, maar God vindt men niet. Nu ervaart de mens welk een woestijnachtig bestaan hij wordt binnengevoerd, indien hij wordt voortgestuwd door de drift van het weten-willen, de noodlottige libido-sciendi. Staat hij op die wijze niet voor het bankroet van zijn ziel? En Jezus vraagt: waarom zijt ge uitgegaan naar de woestijn?


Barend van der Meer

De uitgesproken woorden:

http://www.megaupload.com/?d=EC5OT1E6

Reacties

Populaire posts van deze blog

de golf en de oceaan

NIETS ZIJN

KARMA NEMESIS