van twee tot een 3
Twee tot één maken is geen theorie. Je kunt niet twee tot één praten of erover theoretiseren. Maken is maken. Twee is de ene en de andere. Het is niet enkel bezinning. Als iemand vervolgd wordt, of afschuwelijk belasterd en door vooroordeel vernietigd, dan zal dat zonder twijfel een innerlijke strijd opleveren. Maar de zelf-kracht, het zich-zelf-voortbrengen, het zich prijsgeven aan innerlijk vermogen zal al-overwinnend zijn.
Liefde is sterker dan vernietigingsdrang.. Er heeft een omkering plaats tov de in-dringende wereld. De wereld die te overwinnen is, doet een aanval op ons hoofd en het denken. De om-kering van de wilsgerichtheid, altijd van binnen naar buiten, stelt de mens tot die uitkomst in staat. Dit nu is een doen. Nooit een tegenstelling scheppen met wat ons tegemoet komt!
De eenheidservaring is volstrekt niet een passieve houding. Het zelf-doen, het zelf-willen en de konsekwentie daarvan aanvaarden over het hele front van gevolgen is noodwendig. Natuurlijk is het zelf-doen, het zelf-willen niet iets alleen. Het zelf is niet alleen, het is nooit alleen. De lichtkracht ervan wordt versterkt en 'geholpen' door grotere lichtkracht-eenheden. Maar al deze licht-kracht-eenheden vormen een werkelijkheid van al-eenheid. Komt een mens tot de eigen oorsprong, dan maakt hij geheel noodwendigerwijze deel uit van het geheel dat in die oorsprong zich kenbaar maakt als zelf-kracht.
Als we het werkelijk zelf, uit ons zelf, doen, dan blijkt onze een-heid als ervaring geworteld te zijn in de oer-eenheid, d.i. de niet te zeggen eenheid.
We kennen de opvatting van de twee-heid in de mens. 'Zwei Seelen, ach wohnen in meiner Brust.' Maar deze twee-heid en gespletenheid is juist oorzaak van oneindige differentiatie. De wereld is eenheid in al-veelheid. En de mens, de werkelijke mens, is alles in één. De mens moet de wereld als veel-eenheid verenigen in dat wat hij zelf is. Daaruit komt de wil tot mensen-eenheid voort. Eenheid in de wereld is dezelfde als eenheid in de mens.
Het is daardoor de begrijpen, dat eenheidsbeleving verzoening is tussen het een en het ander. Tussen vriend en vijand. Tussen al wat tegenstellingen genoemd wordt. In wereldse verzoening blijven de partijen de partijen. Het ene blijft het ene, het andere, het andere. Maar in de verzoening die een innerlijke daad is, ontstaat een nieuwe orde, een werkzame instelling boven de partijen. Daardoor krijgen de 'tegenstrijdigheden' een achtergrond van werkzame harmonie waardoor een grotere vruchtbaarheid en rijkdom als een nieuwe orde het gevolg is. Het is als de steen der wijzen, die alles verandert. Het is de bewuste werking van het al-verenigende in onuitputtelijkheid. Daarin is geen besef van tijd, maar een bestendigheid. Het zelf is geen man, geen vrouw. Het is bewustzijn zonder extase, een nuchter zelf-zijn waaraan man en vrouw deelhebben in liefde als één kracht zonder overheersende actie der lichamelijkheid, zonder bemoeienis van het mensendier, dat een ondergeschikte rol gaat spelen. Het kan niet meer in-grijpen in de zelfbelevenis. Hierin ligt het geheim van het zelf-zijn. De wederzijdsheid van de twee-heid in één punt waaraan heel de schepping hangt.
Barend van der Meer
De uitgesproken woorden
Liefde is sterker dan vernietigingsdrang.. Er heeft een omkering plaats tov de in-dringende wereld. De wereld die te overwinnen is, doet een aanval op ons hoofd en het denken. De om-kering van de wilsgerichtheid, altijd van binnen naar buiten, stelt de mens tot die uitkomst in staat. Dit nu is een doen. Nooit een tegenstelling scheppen met wat ons tegemoet komt!
De eenheidservaring is volstrekt niet een passieve houding. Het zelf-doen, het zelf-willen en de konsekwentie daarvan aanvaarden over het hele front van gevolgen is noodwendig. Natuurlijk is het zelf-doen, het zelf-willen niet iets alleen. Het zelf is niet alleen, het is nooit alleen. De lichtkracht ervan wordt versterkt en 'geholpen' door grotere lichtkracht-eenheden. Maar al deze licht-kracht-eenheden vormen een werkelijkheid van al-eenheid. Komt een mens tot de eigen oorsprong, dan maakt hij geheel noodwendigerwijze deel uit van het geheel dat in die oorsprong zich kenbaar maakt als zelf-kracht.
Als we het werkelijk zelf, uit ons zelf, doen, dan blijkt onze een-heid als ervaring geworteld te zijn in de oer-eenheid, d.i. de niet te zeggen eenheid.
We kennen de opvatting van de twee-heid in de mens. 'Zwei Seelen, ach wohnen in meiner Brust.' Maar deze twee-heid en gespletenheid is juist oorzaak van oneindige differentiatie. De wereld is eenheid in al-veelheid. En de mens, de werkelijke mens, is alles in één. De mens moet de wereld als veel-eenheid verenigen in dat wat hij zelf is. Daaruit komt de wil tot mensen-eenheid voort. Eenheid in de wereld is dezelfde als eenheid in de mens.
Het is daardoor de begrijpen, dat eenheidsbeleving verzoening is tussen het een en het ander. Tussen vriend en vijand. Tussen al wat tegenstellingen genoemd wordt. In wereldse verzoening blijven de partijen de partijen. Het ene blijft het ene, het andere, het andere. Maar in de verzoening die een innerlijke daad is, ontstaat een nieuwe orde, een werkzame instelling boven de partijen. Daardoor krijgen de 'tegenstrijdigheden' een achtergrond van werkzame harmonie waardoor een grotere vruchtbaarheid en rijkdom als een nieuwe orde het gevolg is. Het is als de steen der wijzen, die alles verandert. Het is de bewuste werking van het al-verenigende in onuitputtelijkheid. Daarin is geen besef van tijd, maar een bestendigheid. Het zelf is geen man, geen vrouw. Het is bewustzijn zonder extase, een nuchter zelf-zijn waaraan man en vrouw deelhebben in liefde als één kracht zonder overheersende actie der lichamelijkheid, zonder bemoeienis van het mensendier, dat een ondergeschikte rol gaat spelen. Het kan niet meer in-grijpen in de zelfbelevenis. Hierin ligt het geheim van het zelf-zijn. De wederzijdsheid van de twee-heid in één punt waaraan heel de schepping hangt.
Barend van der Meer
De uitgesproken woorden
Reacties
Maar ja, dat zal niet iedereen goed uitkomen! ( zie glimlach)
lieve warme groet Kagib