11-12-61 ochtendschemering



De ochtendschemering maakte geen haast. De sterren straalden nog, de bomen bleven in zichzelf gekeerd; er riep geen enkele vogel, zelfs de kleine uilen niet, die de hele nacht krassend van boom tot boom trokken. Op het gebulder van de zee na was het ongewoon rustig. Er hing die bepaalde geur van veel bloemen, rottend blad en vochtige grond; er was geen zuchtje wind en de geur was overal. De aarde wachtte op de dageraad en op de dag die komen zou. Er heerste afwachting, geduld en een ongewone stilte.

Die stilte was Liefde.
Niet de liefde voor iets of iemand, het was gewoon Liefde, zonder sentiment, zonder gevoelens. Het was iets dat compleet was in zichzelf, onbeschut, intens, zonder wortels en ongericht.
Het geluid van die vogel in de verte was die Liefde. Ze was tijdloos en woordloos aanwezig. Ze was geen emotie, die verflauwt en wreed is. Omdat ze onbeschut was, was ze uiterst kwetsbaar en dus onverwoestbaar. Meditatie was het geluid van de vogel, die vanuit die leegte riep en het gebulder van de zee die op het strand beukte. Liefde kan alleen bestaan in volslagen leegte.
Ver weg aan de horizon was nu de grauwe ochtendschemering en de donkere bomen waren donkerder en intenser. De sterren waren verbleekt en de wolken waren ontwaakt met de opkomende zon.

Krishnamurti

Reacties

Populaire posts van deze blog

de golf en de oceaan

NIETS ZIJN

KARMA NEMESIS