het diepst van de ziel
Ik heb al eerder gesproken over een licht in de ziel, dat ongeschapen en ook niet te scheppen is. Het is dit licht dat God onmiddelijk ontvangt, onverhuld, rein en zó als Hij Zelf is; het ontvangt Hem dmv de werkzaamheid der geboorte Gods in ons.
Met het volste recht kan ik hier beweren dat dit licht meer eenheid bezit met God, dan met welke van de zielenkrachten ook, waarmee het naar het wezen verbonden is.
Welaan dan, edele ziel, herken uzelf! Bedenk welk een heerlijkheid gij in u draagt. Gij zijt met uw Godsgelijkenis toch boven alle Schepselen geëerd!
Meester Eckhart
Het is zoiets als, waar resoneer je op, waar resoneer je in.
Wat her-ken je, waar kom je thuis, waar voel je, ja dat is Het.
Dat kan dus zuiverder en zuiverder zijn. Hoe zuiverder wij zelf worden hoe zuiverder de afstemming met God, met het Goddelijke. Het is als t ware dat God, God her-kent. En zo kun je uiteindelijk samenvloeien, een worden met God het Goddelijke.
Dan, het laatste stuk:
In de mate waarin gij u afkeert van uzelf en al het geschapene in die mate wordt hij tot eenheid en gelukzaligheid gevoerd, in het vonkje in de ziel dat met tijd en ruimte nimmer iets te doen heeft gehad. Deze vonk wil alleen God, rein als zij in zichzelf is. Het is deze vonk, dit licht, niet genoeg, wanneer de goddelijke natuur vruchtdragend in hem geboren wordt. En ook het in zichzelf rustende goddelijke wezen, dat geeft noch ontvangt, is dit licht niet genoeg; het wil weten waar dit wezen vandaan komt; het wil ingaan in de enkelvoudige oergrond: eerst dan, in het diepste innerlijk is dit licht, deze goddelijke vonk, tevreden, en het is er inniger mee verbonden dan met zichzelf. Want deze oergrond is een stilte, ontdaan van iedere afgescheidenheid, onbeweeglijk in zichzelve rustend.
Voor alle duidelijkheid, het gaat hier niet om ontkenning, om overstijging. Het gaat om doorZien, in een open zijn voor wat Ziet. Open zijn voor het Goddelijke, voor het Bewustzijn, voor het Licht. En zo mag uiteindelijk alles in het Licht opgaan. Bewust opgaan.
lieve warme groet Kagib
Met het volste recht kan ik hier beweren dat dit licht meer eenheid bezit met God, dan met welke van de zielenkrachten ook, waarmee het naar het wezen verbonden is.
Welaan dan, edele ziel, herken uzelf! Bedenk welk een heerlijkheid gij in u draagt. Gij zijt met uw Godsgelijkenis toch boven alle Schepselen geëerd!
Meester Eckhart
Het is zoiets als, waar resoneer je op, waar resoneer je in.
Wat her-ken je, waar kom je thuis, waar voel je, ja dat is Het.
Dat kan dus zuiverder en zuiverder zijn. Hoe zuiverder wij zelf worden hoe zuiverder de afstemming met God, met het Goddelijke. Het is als t ware dat God, God her-kent. En zo kun je uiteindelijk samenvloeien, een worden met God het Goddelijke.
Dan, het laatste stuk:
In de mate waarin gij u afkeert van uzelf en al het geschapene in die mate wordt hij tot eenheid en gelukzaligheid gevoerd, in het vonkje in de ziel dat met tijd en ruimte nimmer iets te doen heeft gehad. Deze vonk wil alleen God, rein als zij in zichzelf is. Het is deze vonk, dit licht, niet genoeg, wanneer de goddelijke natuur vruchtdragend in hem geboren wordt. En ook het in zichzelf rustende goddelijke wezen, dat geeft noch ontvangt, is dit licht niet genoeg; het wil weten waar dit wezen vandaan komt; het wil ingaan in de enkelvoudige oergrond: eerst dan, in het diepste innerlijk is dit licht, deze goddelijke vonk, tevreden, en het is er inniger mee verbonden dan met zichzelf. Want deze oergrond is een stilte, ontdaan van iedere afgescheidenheid, onbeweeglijk in zichzelve rustend.
Voor alle duidelijkheid, het gaat hier niet om ontkenning, om overstijging. Het gaat om doorZien, in een open zijn voor wat Ziet. Open zijn voor het Goddelijke, voor het Bewustzijn, voor het Licht. En zo mag uiteindelijk alles in het Licht opgaan. Bewust opgaan.
lieve warme groet Kagib
Reacties