het Bruidsvertrek afsluiting

Hij is dan teruggekeerd naar zijn oorsprong en zich bewust geworden van een toestand van volmaaktheid zoals hij die voordien slechts kende als een herinnering vol heimwee aan een onbewuste staat. Het eenlingschap wordt gekenmerkt door een zekere zelfgenoegzaamheid, d.i. zichzelf-genoeg-zijn in de uiterste en verst doorgevoerde consequentie van zijn ingeslagen levensweg.
Ook al vermag men slechts een klein licht te zijn, een geringe vlam, wat doet dat er toe? Lichtje plus lichtje is een groter licht. En in de samenhorigheid van het verlichten, al is het voor ieder op zich zelf nog zo weinig, ligt een grote vreugde. Niet de vreugde der angstvallige geborgenheid, dat is geen vreugde maar slechts een angstig veilig stellen. Nee, het is de openheid waarin het licht zich mededelen kan van mens tot mens en een zegen in de wereld wordt. De zelfgenoegzaamheid is dus een allerinnerlijkste zelf-tevredenheid en bevredigdheid, een onafhankelijkheid van alle jij en gij, een in zichzelf besloten tijdloos- en angstloosheid.

De eenling behoeft niet de andere, maar hij is al het andere, in die zin dat al het andere in dezelfde grond zijn wortel vindt. Zij die dat durven en willen en zichzelf daarvoor willen verliezen, zullen de toegang vinden die tot het bruidsvertrek leidt. Het bruidsvertrek is de plaats en tegelijkertijd de toestand waarin de afgescheiden mens als manlijke of vrouwelijke pool voor altijd met en in de eenheid is verenigd. De eeuwige eenheid van voor de schepping en waaruit nu een geheel nieuwe bewuste schepping tevoorschijn treedt.
Zonder twijfel is dit een groot mysterie, maar het was altijd de grondslag van alle mysterieën waarop Jezus hier zinspeelt. Het bewust betreden van het bruidsvertrek is niet enkel een bijwonen van de grote hereniging, zoals dat wel in het vinden van de graal tot uitdrukking is gebracht, maar het zelf gehuwd worden aan de andere die tot de wezenlijke grond van de eenling behoort.

Dit is de z.g. 'chemische bruiloft', de hieros gamos, waarin de oer-vader en de oer-moeder als oer-ouders met elkander in eeuwige verbondenheid leven en waaruit de eeuwige schepping zich openbaart. Dit is de terugkeer van de eenling tot zijn Vader-Moeder-huis, waardoor alle eenzaamheid is opgeheven, omdat er geen afgescheidenheid meer heerst. Dit is het, waar alle mensenzielen innig naar verlangen, en zij weten het niet. Hierin ligt dus het antwoord van het: Vanwaar komen we? en: Waarheen gaan we? Ieder ogenblik kan de mens beseffen op welk een wonderbaarlijke, verlichte en schone weg hij is. Dat ligt in ieder moment besloten.
Indien ieder mens dit zelf zou willen, omdat hij er innerlijk zeker van is dat dit de weg des mensen is, met welk een vreugde en groot vertrouwen zou hij zich dan niet 'huis'waarts begeven. Want hoe meer hij dit wil en zijn willen daarin traint, des te zekerder gaat hij zich vanzelf gevoelen en des te meer zal hij ervan doordrongen zijn hoe hij hier een eigen wet volgt. Niet de wet van een ander, die hem opgelegd wordt als plicht, maar wat hij vrijwillig op zich neemt als een eigen bestemming die een ander nooit voor hem kiezen kan. Wat de eenling op die wijze wil, is de wil die uit de oergrond in hem werkzaam wordt, en waarvan hij zich bewust gaat zijn. Hij 'wil' de wil uit zich en hij wordt daardoor geleid en gericht door de alomvattende wil van de geest Gods die in hem werkt.


Barend van der Meer

De uitgesproken woorden:

http://www.megaupload.com/?d=XS6HDQMW

Reacties

Populaire posts van deze blog

HET PAD

eigenwilligheid en de Wil

MYSTIEKE WEDERGEBOORTE