9-11-61 het Andere
Bij de bocht in de weg loopt de weg zachtglooiend af over een paar bruggen over droge, rode rivierbeddingen naar de andere kant van het dal. De ossenkar was die weg afgegaan, een paar dorpelingen kwamen hem stil en verlegen oplopen; er speelden kinderen in de rivierbedding en een vogel riep aanhoudend. Net toen de weg een bocht naar het oosten maakte, kwam het Andere.
Het stortte neer in grote golven van zegening, groots en immens. Het leek alsof de hemel openging en vanuit die immensiteit kwam het onbenoembare; het was er de hele dag geweest, besefte je plotseling, en pas nu, terwijl je op korte afstand van de anderen alleen liep, besefte je dat feit en wat het zo bijzonder maakte was dat wat gebeurde; het was het hoogtepunt van wat zich voorgedaan had en geen op zichzelf staande gebeurtenis. Er was licht, niet van de ondergaande zon, noch krachtig kunstlicht; die werpen schaduwen, maar er was licht zonder schaduw en het was licht.
Krishnamurti
Het stortte neer in grote golven van zegening, groots en immens. Het leek alsof de hemel openging en vanuit die immensiteit kwam het onbenoembare; het was er de hele dag geweest, besefte je plotseling, en pas nu, terwijl je op korte afstand van de anderen alleen liep, besefte je dat feit en wat het zo bijzonder maakte was dat wat gebeurde; het was het hoogtepunt van wat zich voorgedaan had en geen op zichzelf staande gebeurtenis. Er was licht, niet van de ondergaande zon, noch krachtig kunstlicht; die werpen schaduwen, maar er was licht zonder schaduw en het was licht.
Krishnamurti
Reacties