Een met God
Zo volstrekt wordt het gezicht naar deze geboorte toegekeerd, dat wat gij ook hoort of ziet, het wordt u alles louter tot God. In alle dingen hebt ge nu alleen Hem voor ogen. Zoals wanneer een mens te lang in de zon kijkt: richt hij zijn blik daarna op iets anders, dan ziet hij toch alleen nog maar het zonlicht. Wanneer het u daar nog aan ontbreekt dat gij niet bij alles God voor ogen hebt, dan staat gij nog voor de geboorte. Alles wat de mens nu doet, wordt de zichtbare uitdrukking van zijn kosmische bewustheid en eenheid met het Al. Al zijn werken wordt door zijn één-zijn met God geadeld en tot zegen,zelfs tot in het kleinste detail.
God zoekt niet Zijn eigen voordeel: in al Zijn werken is hij ledig en vrij en Hij verricht ze met een Liefde zonder enig voorbehoud. Aldus doet ook de mens die een met God geworden is. Ook hij staat ledig en vrij in al zijn werken en hij werkt uit liefde, zonder een 'waarom', zonder daarbij zijn eigen voordeel te zoeken, alleen ter wille van God.
Meester Eckhart
Dat is waarom we hier zijn, geen enkele andere reden. Om uiteindelijk weer een te worden samen te smelten met de Wil van God. In alles. De rest is slechts voor-spel, is bijna altijd voor-spelbaar. Niks nieuws onder de zon, inwisselbaar. Geen ware open-baring.
Eigenlijk moeten al onze wegen uiteindelijk doodlopen zodat voeling mag komen met wat werkelijk Wil. :))
Kagib
In het stuk daarna nog een keer hetzelfde met andere woorden:
In wie een geworden is met God, leeft nog slechts één verlangen: zich steeds opnieuw weg te schenken en uit de volheid te geven, die onuitputtelijk in hem opwelt. Zo wordt ieder werk van hem tot een zegening en aanwijzing en een openbaring van de volheid van het Al. Daarbij gehoorzaamt hij slechts één wet: dat, wat God in hem wil. Hij 'richt zichzelf naar zichzelf'. Hij kan dat, omdat het goddelijke Zelf in hem de leiding heeft genomen. En dat betekent een voortgaand doorstraald worden door God, en een bevruchting van zijn hele uiterlijke leven en een toenemende uitbreiding van zijn hulpvaardigheid en zijn bereidheid zich in te zetten, van zijn goedheid en van zijn waarde voor het geheel. Hij wordt dynamisch en scheppend in een mate waarbij hij op het toppunt daarvan een levendige verbinding onderhoudt met de goddelijke diepten van zijn ziel. Wie één is geworden met God wordt tot een uitgangspunt van een nieuwe levenswil en van een machtige kosmische krachtgolf, tot een middelpunt van verblijdende nieuwe inzichten en zekerheden.
K.O. Schmidt
En ook het laatste stuk, spreekt helemaal voor zichzelf:
Wanneer de geest bij de eenwording bezit neemt van de onmetelijke heerschappij der goddelijke macht, verkrijgt zij kracht voor iedere voortgang, ieder werk, zodat zij aan iedere eis kan voldoen en geweldig wordt in deugd en volkomen zuiverheid, zodat lief noch leed noch alles wat God in deze tijdelijkheid heeft geschapen, de mens voortaan vermag te belemmeren: heersend staat hij onverschrokken daar, bezitter van een goddelijke kracht, waartegenover alle dingen nietig zijn, en niet in staat zich door te zetten.
Meester Eckhart
lieve warme groet Kagib
God zoekt niet Zijn eigen voordeel: in al Zijn werken is hij ledig en vrij en Hij verricht ze met een Liefde zonder enig voorbehoud. Aldus doet ook de mens die een met God geworden is. Ook hij staat ledig en vrij in al zijn werken en hij werkt uit liefde, zonder een 'waarom', zonder daarbij zijn eigen voordeel te zoeken, alleen ter wille van God.
Meester Eckhart
Dat is waarom we hier zijn, geen enkele andere reden. Om uiteindelijk weer een te worden samen te smelten met de Wil van God. In alles. De rest is slechts voor-spel, is bijna altijd voor-spelbaar. Niks nieuws onder de zon, inwisselbaar. Geen ware open-baring.
Eigenlijk moeten al onze wegen uiteindelijk doodlopen zodat voeling mag komen met wat werkelijk Wil. :))
Kagib
In het stuk daarna nog een keer hetzelfde met andere woorden:
In wie een geworden is met God, leeft nog slechts één verlangen: zich steeds opnieuw weg te schenken en uit de volheid te geven, die onuitputtelijk in hem opwelt. Zo wordt ieder werk van hem tot een zegening en aanwijzing en een openbaring van de volheid van het Al. Daarbij gehoorzaamt hij slechts één wet: dat, wat God in hem wil. Hij 'richt zichzelf naar zichzelf'. Hij kan dat, omdat het goddelijke Zelf in hem de leiding heeft genomen. En dat betekent een voortgaand doorstraald worden door God, en een bevruchting van zijn hele uiterlijke leven en een toenemende uitbreiding van zijn hulpvaardigheid en zijn bereidheid zich in te zetten, van zijn goedheid en van zijn waarde voor het geheel. Hij wordt dynamisch en scheppend in een mate waarbij hij op het toppunt daarvan een levendige verbinding onderhoudt met de goddelijke diepten van zijn ziel. Wie één is geworden met God wordt tot een uitgangspunt van een nieuwe levenswil en van een machtige kosmische krachtgolf, tot een middelpunt van verblijdende nieuwe inzichten en zekerheden.
K.O. Schmidt
En ook het laatste stuk, spreekt helemaal voor zichzelf:
Wanneer de geest bij de eenwording bezit neemt van de onmetelijke heerschappij der goddelijke macht, verkrijgt zij kracht voor iedere voortgang, ieder werk, zodat zij aan iedere eis kan voldoen en geweldig wordt in deugd en volkomen zuiverheid, zodat lief noch leed noch alles wat God in deze tijdelijkheid heeft geschapen, de mens voortaan vermag te belemmeren: heersend staat hij onverschrokken daar, bezitter van een goddelijke kracht, waartegenover alle dingen nietig zijn, en niet in staat zich door te zetten.
Meester Eckhart
lieve warme groet Kagib
Reacties