Gods schepping
Het ligt voor de hand elke voortreffelijkheid die men aan een meester toekent op onmetelijke wijze aan God toe te kennen. Hoe machtiger nu een meester is, des te onmiddelijker en eenvoudiger komt zijn werk tot stand. De mens heeft voor zijn uitwendig werk heel wat middelen en voorbereiding nodig.
Anders is het gesteld met zon en maan: hun macht en meesterschap uiten zich snel. Op hetzelfde moment dat zij hun glans doen stralen, is heel de wereld verlicht. Nog hoger staan de engelen, en daarom behoeven zij nog minder middelen en beelden. De hoogste seraphim heeft nog maar één enkel beeld in zich: allen die onder hem staan en wat zij als menigvuldig omvatten, omvat hij als eenheid. God echter heeft niets nodig: Hij werkt in de ziel zonder enig middel, zonder beeld of gelijkenis, maar met zijn eigen wezen. Geen schepsel is daartoe in staat.
Hoe spreekt dan God tot ons zijn Woord? God de Vader schouwt volmaakt in Zichzelf, en door zijn afgrondelijke zelfkennis valt Hem de aleenheid met zijn natuur toe. Dat is de geboorte van Gods Zoon. Op volkomen dezelfde en geen andere wijze baart Hij zijn Zoon in het wezen der ziel, spreekt Hij, zonder beeld of gelijkenis, tot ons zijn Woord.
Wat wordt er van de mens vereist om dit Woord van God in zich op te nemen? Heeft hij zich enige voorstelling van God te maken of aan Hem te denken? Of kan hij beter stil zijn, in rust en zwijgen wachten op Gods spreken en doen?
Ik zeg: dit spreken en doen van God worden slechts zij deelachtig, die zich zó volkomen het wezen van de deugd hebben eigen gemaakt, dat deze zonder hun toedoen uit hen opbloeit. En met name moeten zij een afspiegeling zijn van onze Heer Jezus Christus die in hen leeft. Zij zullen ervaren: het beste en heerlijkste waartoe een mens tijdens zijn aards bestaan kan komen is, te zwijgen en God in zich te laten spreken en doen.
Meester Eckhart
Anders is het gesteld met zon en maan: hun macht en meesterschap uiten zich snel. Op hetzelfde moment dat zij hun glans doen stralen, is heel de wereld verlicht. Nog hoger staan de engelen, en daarom behoeven zij nog minder middelen en beelden. De hoogste seraphim heeft nog maar één enkel beeld in zich: allen die onder hem staan en wat zij als menigvuldig omvatten, omvat hij als eenheid. God echter heeft niets nodig: Hij werkt in de ziel zonder enig middel, zonder beeld of gelijkenis, maar met zijn eigen wezen. Geen schepsel is daartoe in staat.
Hoe spreekt dan God tot ons zijn Woord? God de Vader schouwt volmaakt in Zichzelf, en door zijn afgrondelijke zelfkennis valt Hem de aleenheid met zijn natuur toe. Dat is de geboorte van Gods Zoon. Op volkomen dezelfde en geen andere wijze baart Hij zijn Zoon in het wezen der ziel, spreekt Hij, zonder beeld of gelijkenis, tot ons zijn Woord.
Wat wordt er van de mens vereist om dit Woord van God in zich op te nemen? Heeft hij zich enige voorstelling van God te maken of aan Hem te denken? Of kan hij beter stil zijn, in rust en zwijgen wachten op Gods spreken en doen?
Ik zeg: dit spreken en doen van God worden slechts zij deelachtig, die zich zó volkomen het wezen van de deugd hebben eigen gemaakt, dat deze zonder hun toedoen uit hen opbloeit. En met name moeten zij een afspiegeling zijn van onze Heer Jezus Christus die in hen leeft. Zij zullen ervaren: het beste en heerlijkste waartoe een mens tijdens zijn aards bestaan kan komen is, te zwijgen en God in zich te laten spreken en doen.
Meester Eckhart
Reacties