verwarring
Het was vroeg in de ochtend en de vogels, in hun blijdschap, maakten enorm veel lawaai. De zon reikte pas tot de boomtoppen en de diepe schaduwen werden nog niet gebroken door plekjes licht. Een lang, smal spoor door de dauw gaf aan dat daar pas een slang het gazon moest zijn overgestoken. De hemel had nog zijn volle kleur, waartegen zich machtige witte wolken opeenstapelden.
Opeens werd het geluid van de vogels onderbroken, om dan te veranderen in sterkere kreten van alarm en woede nu er een kat naderde en onder een struik ging liggen. Een grote havik had zojuist een zwart-witte vogel gevangen en rukte daaraan met zijn scherpe, kromme snavel. Wild en begerig omklemde hij zijn prooi en nam een dreigende houding aan bij de nadering van twee of drie kraaien. De havik had smalle, zwarte spleetogen met een gele pupil; ze hielden zonder knipperen zowel de kraaien als ons in de gaten.
Is het niet juist goed in de war gebracht te worden? Tenslotte beginnen we pas op dingen te letten en achter dingen te komen, als we van streek gebracht en wakker geschud worden. We worden uitgebuit ten gevolge van onze eigen domheid; daar maken slimme mensen gebruik van in naam van het vaderland, van God of van een ideologie. Hoe kan domheid ooit iets goeds in de wereld tot stand brengen, ook al maken de geslepen mensen er gebruik van?
Wanneer slimmeriken echter domheid uitbuiten zijn ze zelf ook dom, want ook zij weten waar hun daden toe leiden. Daden die van domme mensen uitgaan, van hen die geen besef hebben van de manier waarop hun eigen denken werkt, lopen onvermijdelijk uit op conflicten, verwarring en ellende.
Krishnamurti
Reacties