brieven A 1
Alle angst van het animale leven is niet ons eigenlijke leven. Er is niets te verliezen en je leeft in de stellige onverstoorbaarheid van de binnenste en de buitenste substantie die overal is zoals de lucht die je inademt binnen en buiten je. Het feit van je ademhaling is de bevestiging van de éne lucht binnen je en buiten je. Zo is er een innerlijke ademhaling van de levende ziel die daardoor zich eeuwig voedt in een ritme waarin het hart van de wereld als van de mens zelf klopt.
Als je je enerzijds zo sterk verwant kunt gevoelen met de natuur om je, is er geen enkele reden dat deze verwantschap iets vijandigs betekenen zou tov je innerlijke wereld. Immers je geest is de bevestiging van de eenheid van wat binnen is en buiten. Geestelijk gesproken, d.i. gezien uit zijn eigen oorspronkelijkheid, kan de mens zijn eenheid nooit verliezen, waar hij ook is.
Vanmorgen nog om half 8 was alles in een dichte mist gehuld en zag je achter je venster de wolken heel bedaard voorbij trekken. Het zicht was daardoor maar enkele meters. Maar een uur later was alles opgeklaard en dit bleef het tot nu toe. Wel zie je langs gindse verre berghellingen weer nevels opkomen die zich misschien tot ondoorzichtigheden zullen verdichten.
Over het innerlijke leven heb je tenminste zelf wat te zeggen ofschoon vele mensen dit gewoon vergeten of zich laten overheersen door allerlei stemmingen of slaap. De helderheid en eenvoud ervan zijn zonder twijfel blootgesteld aan 'ijs en wederdienende elementen'. Dat is dan ook de reden dat je voortdurend op je hoede moet zijn, omdat je door het geweld der vergankelijke omstandigheden waarin de mensen zo'n grote rol spelen spoedig overheerst kunt worden.
Zeker, je zegt nu wel dat je de heerschappij moet voeren over je eigen gedachten en gestemdheden en je de kunst moet verstaan eenvoudig onwelkome en leedbrengende voorstellingen in je weigeren toe te laten, maar er zijn voortdurend invloeden die aan komen drijven en je overspoelen willen om van je bewustzijn een verloren gebied te maken met wrakhout en al. Natuurlijk blijft dat niet overheersen maar het kan je toch aardig te pakken nemen. Maar niet zo dat je in je wezen of nog innerlijker niet zeker weet dat het begoochelingen zijn, onwerkelijkheden die de allure hebben van machthebbers omdat ze nu eenmaal niets anders kennen dan macht.
Machthebbers weten niets van een kracht die onverwoestbaar en onaantastbaar is. Zij geloven er niet in en lachen erom en hebben een grote verachting voor de onvernietigbaar menselijke zelfstandigheid als een individuele kwaliteit, die buiten het bereik ligt van alles wat gedacht kan worden. Je bewustzijn kan zeer weinig van dit ongrijpbare, lichte en heldere vermogen bevatten, maar je weet met de grootste stelligheid dat het er is omdat je de kracht ervan voortdurend ondervindt en die straling je overal begeleidt.
Er is geen natuur, geen helder water, geen omgeving, geen 'ander' die de plaats in kan nemen van de kwaliteit die jezelf bent. Je zou misschien zeggen dat dit getuigt van de grootste zelfingenomenheid. Maar het eigenaardige is dat hierin geen sprake is van enige hoogmoed. Het komt omdat de mens in de regel niet geneigd is een geloof in zichzelf te hebben, waarin hij zou kunnen of willen beantwoorden aan de hoogste denkbare idee of gevoelswaarde welke hij ooit, waar ook, heeft ontmoet.
Ja, je bent geneigd in een bron van kracht te geloven, van innig, verhelderend eeuwig leven dat het vermogen heeft zichzelf in het lichaam uit de krachten van de ziel een gestalte te bouwen, die niet het uiterlijk lichaam zelf is, maar zich een steeds vernieuwende, intens levende, uiterst sensitieve vorm verschaft waarvan de frequentie zeer hoog ligt, hoger dan die van het waarneembare licht.
Barend van der Meer
De uitgesproken woorden
Als je je enerzijds zo sterk verwant kunt gevoelen met de natuur om je, is er geen enkele reden dat deze verwantschap iets vijandigs betekenen zou tov je innerlijke wereld. Immers je geest is de bevestiging van de eenheid van wat binnen is en buiten. Geestelijk gesproken, d.i. gezien uit zijn eigen oorspronkelijkheid, kan de mens zijn eenheid nooit verliezen, waar hij ook is.
Vanmorgen nog om half 8 was alles in een dichte mist gehuld en zag je achter je venster de wolken heel bedaard voorbij trekken. Het zicht was daardoor maar enkele meters. Maar een uur later was alles opgeklaard en dit bleef het tot nu toe. Wel zie je langs gindse verre berghellingen weer nevels opkomen die zich misschien tot ondoorzichtigheden zullen verdichten.
Over het innerlijke leven heb je tenminste zelf wat te zeggen ofschoon vele mensen dit gewoon vergeten of zich laten overheersen door allerlei stemmingen of slaap. De helderheid en eenvoud ervan zijn zonder twijfel blootgesteld aan 'ijs en wederdienende elementen'. Dat is dan ook de reden dat je voortdurend op je hoede moet zijn, omdat je door het geweld der vergankelijke omstandigheden waarin de mensen zo'n grote rol spelen spoedig overheerst kunt worden.
Zeker, je zegt nu wel dat je de heerschappij moet voeren over je eigen gedachten en gestemdheden en je de kunst moet verstaan eenvoudig onwelkome en leedbrengende voorstellingen in je weigeren toe te laten, maar er zijn voortdurend invloeden die aan komen drijven en je overspoelen willen om van je bewustzijn een verloren gebied te maken met wrakhout en al. Natuurlijk blijft dat niet overheersen maar het kan je toch aardig te pakken nemen. Maar niet zo dat je in je wezen of nog innerlijker niet zeker weet dat het begoochelingen zijn, onwerkelijkheden die de allure hebben van machthebbers omdat ze nu eenmaal niets anders kennen dan macht.
Machthebbers weten niets van een kracht die onverwoestbaar en onaantastbaar is. Zij geloven er niet in en lachen erom en hebben een grote verachting voor de onvernietigbaar menselijke zelfstandigheid als een individuele kwaliteit, die buiten het bereik ligt van alles wat gedacht kan worden. Je bewustzijn kan zeer weinig van dit ongrijpbare, lichte en heldere vermogen bevatten, maar je weet met de grootste stelligheid dat het er is omdat je de kracht ervan voortdurend ondervindt en die straling je overal begeleidt.
Er is geen natuur, geen helder water, geen omgeving, geen 'ander' die de plaats in kan nemen van de kwaliteit die jezelf bent. Je zou misschien zeggen dat dit getuigt van de grootste zelfingenomenheid. Maar het eigenaardige is dat hierin geen sprake is van enige hoogmoed. Het komt omdat de mens in de regel niet geneigd is een geloof in zichzelf te hebben, waarin hij zou kunnen of willen beantwoorden aan de hoogste denkbare idee of gevoelswaarde welke hij ooit, waar ook, heeft ontmoet.
Ja, je bent geneigd in een bron van kracht te geloven, van innig, verhelderend eeuwig leven dat het vermogen heeft zichzelf in het lichaam uit de krachten van de ziel een gestalte te bouwen, die niet het uiterlijk lichaam zelf is, maar zich een steeds vernieuwende, intens levende, uiterst sensitieve vorm verschaft waarvan de frequentie zeer hoog ligt, hoger dan die van het waarneembare licht.
Barend van der Meer
De uitgesproken woorden
Reacties