4-7-41 stuk

In Deventer (in Deventer woonden Etty's ouders) waren de dagen grote zonnige vlaktes, iedere dag was een groot ongebroken geheel, er was contact met God en met alle mensen, waarschijnlijk omdat ik nauwelijks een mens zag. Er waren korenvelden die ik nooit meer zal vergeten en waarbij ik bijna neergeknield was, er was die IJssel met de kleurige parasols en het rieten dak en de geduldige paarden. En dan de zon, die ik door alle poriën liet binnenkomen.
En hier bestaat de dag uit duizend stukjes, de grote vlakte is weer weg en God is ook weer zoekgeraakt, als het nog lang zo doorgaat, ga ik weer vragen naar de zin van alles en dat is niet diep-filosofisch, maar een bewijs dat het me slecht gaat.
En dan die bizarre onrust die ik nog niet goed weet te plaatsen. Maar ik zou me kunnen voorstellen dat dit de onrust is waaruit later, als ik haar weet te kanaliseren, goed werk geboren zou kunnen worden.
Je bent er nog lang niet, kleine, er moet nog veel vaste grond ontworsteld worden aan de woedende baren, nog veel geordend worden in de chaos.

Etty Hillesum

Reacties

Populaire posts van deze blog

NIETS ZIJN

KARMA NEMESIS

BEET VAN BEWUSTZIJN