strijd in het hart 4

Hoe kwetsbaar is het hart van de mens niet in zijn onvolwassenheden; wanneer zal de tijd aanbreken dat hij zeggen kan: mijn voeten zijn in het hartebloed gewassen, ik ga mij een trede verder begeven. Maar ook: welk een kracht zal geschonken worden aan hen die de strijd aandurven en mede ter overwinning worden geleid. Zij zullen de stem Gods horen zij zijn het die de Vader gekend hebben in waarheid. Zij zullen zeker vertroost worden en hun wonden zullen spoedig helen. Het lijdend hart schreeuwt naar zalving, verlossing, bewoning door het leedloze, het lichte en zeer lieflijke, het milde en genezende en zegenende.
Zulk een hart kan niet egocentrisch meer lijden. O nee, het lijdt alle leed, het leed van allen die haten en moorden en vergiftigen en verraden. Het hart wordt door eigen ellende drager van wereldellende, door eigen nijd drager van de nijd der hel. Want alles stroomt binnen in het kleine onbeschermde hart des mensen. Hoe het mogelijk is, het is mogelijk. Het is een wonder. Het kleine omvat het grote. Het grote, het allergrootste is klein geworden, heeft zich klein gemaakt om het hart binnen te gaan en de lijdende mens gevoelt er zich geheel door weggespoeld. Wat overblijft is het Zelf, het eigen Zelf, dat wat hij in alle eeuwigheid was, en zijn zal.

En dit zelf, dit eigen goddelijk zelf lijdt niet, het begeleidt alle moeilijkheden en alle lijden. Men zou kunnen zeggen: het Zelf lijdt in het lichaam en in de lichamelijke ziel.
Maar in het begeleidend en aanschouwend vermogen ervan ligt een verborgen glimlach van een al-genezende zekerheid. Laten we dus onze ogen reinigen, opdat zij zien. Laten we ons hart reinigen, opdat het vervuld wordt van het angst- en leedloze. Laten we onze ziel reinigen, opdat de onsterfelijke en kostelijke glans van het eeuwig licht er binnen kan schijnen. Wil het, geloof het en heb het lief. Dan zal ook het lichaam moeten geloven aan de kracht van de geest.
Er zal een nieuwe geestdrift zijn en deze geestdrift zal zich niet met de harten van anderen bemoeien, maar de bezem voor ons eigen huis gebruiken, zodat we het penningske weer ontdekken dat verloren was gewaand. Nee, er is geen andere weg dan de weg die door ons zelf leidt.

Vind het niet erg als het hart bloedt. Het is oneindig veel beter dat het bloedt dan wanneer het versteent. Laat het open bloeden. Het bloedt parels, het bloedt verzen, het bloedt licht en ruimte en zaligheid. Natuurlijk is het bitter in het begin. O, er is zoveel bitter, het bittere 'er tegen aan' een tikkeltje wrang en soms wat scherp vanwege kwetsturen. Maar wees er niet bang voor, voor die cocktail van het hart, omdat het zo geschud is, zo vertrapt en zo nu en dan doorstoken. Het wordt er ruimer, hoger en groter van.
Welk een ontdekking: het leed wil u bedriegen, het wil u verharden en bitter maken. Het kleine ikje wil u bedriegen, het wil u ook klein doen zijn en eng maken, afstompen en verdoen en u met kommer vervolgen. Maar niettemin ligt onder alles de zaligheid van de verlossende glimlach van het heilige land.


Barend van der Meer

De uitgesproken woorden:

http://www.megaupload.com/?d=8R2WZAHY

Reacties

Populaire posts van deze blog

HET PAD

eigenwilligheid en de Wil

MYSTIEKE WEDERGEBOORTE