brieven D afsluiting
Het is mogelijk dat bewustwording van innerlijke ervaringen bevreemdend en onwennig is. Maar éénmaal met deze nieuwe werkelijkheid geconfronteerd, ontstaat er een sterk pogen hieraan meer deel te krijgen. Er ontstaat een versterkte wilsdrang die geleidelijk zeer stellig wordt en met zich een gewaarwording meebrengt, die verlichtend en bevrijdend is en geheel anders aandoet dan het voldoen aan zijn lichamelijke zinnen.
Het is of deze op het tweede plan komen. Er voltrekt zich een zelfverandering in het dagelijks leven. Natuurlijk zijn alle orgaanfuncties nuttig als zij dienen voor de instandhouding en gezondheid ervan. Het is mogelijk dat men in het eerste enthousiasme is geneigd het lichaam te verwaarlozen of zelfs te minachten. Dit zou een kwalijke houding zijn die niets dan schamperheid en teleurstelling oogst. Onze natuur verdraagt geen achteloosheid en wreekt zich. Het gehele bewustwordingsproces verloopt analoog aan een lichamelijke verandering, waardoor een voortdurende uitwisseling van krachten ontstaat als tussen twee werelden.
Het is te begrijpen dat deze gang met een steile en smalle weg is vergeleken die niet met gemakzucht te verwerven is en waarvan het verdergaan soms al onze krachten vergt. Maar meer dan eens zal de zoeker naar zijn hoogste goed bemerken hoe hij geholpen wordt door allen die hem voorgingen waardoor het is of zijn ziel vleugels krijgt waardoor hij in staat is ogenschijnlijk onbereikbare hoogten te overwinnen.
Het baanbrekende geestelijke leven laat zich niet hinderen en het eigenlijke kenmerk ervan is de onverstoorbaarheid. Dat maakt wel eens de indruk alsof het ons niet ontziet. Het brengt echter een gehele vernieuwing van het arsenaal van onze middelen met zich mee die we op een positieve wijze gaan gebruiken. De nieuw verkregen instelling is nooit negatief meer, heeft alleen maar wat te brengen en komt niets nemen. De medicijn bij uitnemendheid die de klachten terzijde schuift.
Aldus verbergt het leven in zich een schittering, een essentie die we moeten leren verdragen. Evenals het zien in de zon ons geheel zou verblinden, zouden we niet rechtstreeks deel kunnen krijgen aan die merkwaardige lichtkracht van ons innerlijk oog die ons maakt tot een ware zelfstandigheid.
Het merg van ons gebeente is het meeste na aan ons lichaam. Het is de bron van onze lichaamskrachten en de formeerder van ons bloed en alle kostbare elementen die voor de instandhouding van het lichaam noodzakelijk zijn. Op dezelfde wijze is er een merg in uw ziel waarvan de kwaliteit aldoordringend is. Het is een onvergankelijk goed, de tegenwoordigheid van de goddelijke geest die zich kennen laat aan ieder mensenkind dat het wil. De kracht dezer zelfsubstantie is niet 'ongedekt' te verdragen en daardoor zal het wel komen dat het woord hemel de betekenis heeft van deksel omdat hij ons beschermt tegen de oneindig zich versterkende kracht van het verborgen alene licht.
Barend van der Meer
De uitgesproken woorden
Het is of deze op het tweede plan komen. Er voltrekt zich een zelfverandering in het dagelijks leven. Natuurlijk zijn alle orgaanfuncties nuttig als zij dienen voor de instandhouding en gezondheid ervan. Het is mogelijk dat men in het eerste enthousiasme is geneigd het lichaam te verwaarlozen of zelfs te minachten. Dit zou een kwalijke houding zijn die niets dan schamperheid en teleurstelling oogst. Onze natuur verdraagt geen achteloosheid en wreekt zich. Het gehele bewustwordingsproces verloopt analoog aan een lichamelijke verandering, waardoor een voortdurende uitwisseling van krachten ontstaat als tussen twee werelden.
Het is te begrijpen dat deze gang met een steile en smalle weg is vergeleken die niet met gemakzucht te verwerven is en waarvan het verdergaan soms al onze krachten vergt. Maar meer dan eens zal de zoeker naar zijn hoogste goed bemerken hoe hij geholpen wordt door allen die hem voorgingen waardoor het is of zijn ziel vleugels krijgt waardoor hij in staat is ogenschijnlijk onbereikbare hoogten te overwinnen.
Het baanbrekende geestelijke leven laat zich niet hinderen en het eigenlijke kenmerk ervan is de onverstoorbaarheid. Dat maakt wel eens de indruk alsof het ons niet ontziet. Het brengt echter een gehele vernieuwing van het arsenaal van onze middelen met zich mee die we op een positieve wijze gaan gebruiken. De nieuw verkregen instelling is nooit negatief meer, heeft alleen maar wat te brengen en komt niets nemen. De medicijn bij uitnemendheid die de klachten terzijde schuift.
Aldus verbergt het leven in zich een schittering, een essentie die we moeten leren verdragen. Evenals het zien in de zon ons geheel zou verblinden, zouden we niet rechtstreeks deel kunnen krijgen aan die merkwaardige lichtkracht van ons innerlijk oog die ons maakt tot een ware zelfstandigheid.
Het merg van ons gebeente is het meeste na aan ons lichaam. Het is de bron van onze lichaamskrachten en de formeerder van ons bloed en alle kostbare elementen die voor de instandhouding van het lichaam noodzakelijk zijn. Op dezelfde wijze is er een merg in uw ziel waarvan de kwaliteit aldoordringend is. Het is een onvergankelijk goed, de tegenwoordigheid van de goddelijke geest die zich kennen laat aan ieder mensenkind dat het wil. De kracht dezer zelfsubstantie is niet 'ongedekt' te verdragen en daardoor zal het wel komen dat het woord hemel de betekenis heeft van deksel omdat hij ons beschermt tegen de oneindig zich versterkende kracht van het verborgen alene licht.
Barend van der Meer
De uitgesproken woorden
Reacties