buiten en binnen afsluiting

Ik roep en het antwoord is stilte. Ik streef na en spoed me voort en ik kom tot niet-doen; ik houd op met graven, ik ben zo stil, zo stil en als ik denk: gij hebt mijn binnenkant gemaakt, begint een zoete vreugde in mij op te komen die ik niet vertolken kan. En ik denk: Waar ben ik nu en wie ben ik nu? Hij en ik zijn één en ik ben vergaan in de schat, die ik zoek. Ik ben verenigd met dat wat ik zocht en ik ben niet meer, net alsof ik alles wat ik ben, onderdompel in wat ik heb gevonden, en van daaruit opnieuw begin te leven, helemaal opnieuw, stil als een kathedraal. Ook kan ik niet denken: Wie ben ik? Ik krijg immers geen antwoord. Evenmin kan ik vragen: Wie is God? Ik krijg dan ook geen antwoord. Maar wel is er een gebeuren, een bekleden op heel wonderbare wijze, er is een tot vorm worden in het allersubtielste en innigste, er is een verlichting die men niet kan zeggen, een vloeibaar licht dat uit zichzelf opstroomt, een werkend in-wezen, dat zichzelf gestalte verschaft en ik gevoel: Dat ben IK.

Hij maakt mij, Hij schept mij, Hij maakt u, Hij schept u.
Doe weg alles wat u niet bent en maak plaats in u voor u zelf die voortkomt uit Zijn hand op heel wonderbare wijze. Het is als een vervulde cirkelomtrek, het is een kleine cirkel, het is ook een zich vergrotende cirkel. Het is rond, zacht, innig, onbreekbaar, oneindig fijn, onaanraakbaar en tegelijk van de grootste werkelijkheid.
Hij en Zijn schepping zijn van de grootste werkelijkheid, groter dan welke buitenkant ook in waarneming en in tijd. Dit zich-zelf-gewaar-zijn voortdurend en ononderbroken is Zijn werk. Ik is zijn werk. Ik ben binnenkant uit het allerinnerlijkste en word tot buitenkant in het alleruiterlijkste. Ik ben het allerinnerlijkste en het alleruiterlijkste. Ik behoef er niets meer aan toe te doen en niets meer aan af te doen. Niet meer mijn best te doen, niet meer af te keuren of goed te keuren. Ik ben die Ik ben uit Zijn hand. Het is waar: Hij heeft het binnenste gemaakt en het buitenste. U hebt het alleen maar te ontdekken. Alleen maar, en dan weet u het voor altijd, eeuwig en altijd.

Zeker, u kunt het met uw intelligentie bevestigen. U kunt het per definitie vastleggen als in een verdrag. U kunt uw brein gebruiken om er uitdrukking aan te geven. U kunt zwijgend door het leven gaan en het zal als een licht uit u schijnen.
Maak u geen zorgen meer om de buitenkant van de beker en sla de verschijning, alsof het een facade was, niet te hoog aan, in die zin dat ge haar belangrijker zou vinden dan de binnenkant. Want binnen en buitenkant is één.
En het schoonste is: Uw lichaam wordt u en anderen ten beker. En een mens wordt een fontein van levend water.

Barend van der Meer

De uitgesproken woorden:

http://www.megaupload.com/?d=GY3QJMLE

Reacties

Populaire posts van deze blog

HET PAD

eigenwilligheid en de Wil

MYSTIEKE WEDERGEBOORTE